Het ontbijt was niet meer dan een snelle pitstop: een supermarkt-croissantje en een slokje koffie, en hop, tas in pakken en klaar voor vertrek. Het plan was simpel. Om 11:00 uur zouden we het huisje verlaten, spullen droppen, even een lange lunch doen om de tijd te overbruggen, en om 14:00 uur konden we dan inchecken in ons nieuwe onderkomen in Ubud. Zo gezegd, zo… niet gedaan.
Het verkeer zat goed tegen en bij aankomst om 13:15 bleek dat de kamers al bijna klaar waren. We dachten: “Wat een mazzel!”, maar dat was van korte duur. De nieuwe plek bleek, hoe zeg je dat netjes… dramatisch. We hadden bewust gekozen voor een centrale locatie, maar dat betekende wel inleveren op comfort. In plaats van een villa hadden we drie losse kamers in een homestay geboekt. Dat klinkt misschien gezellig, maar de gemeenschappelijke ruimtes waren een ramp. Het zwembad lag op de derde verdieping, maar je moest eerst een soort mini-klimexpeditie afleggen via steile trappen. Het zwembad zelf? Een grote bak water van 1,5 meter hoog zonder trap. Voor ons al een uitdaging om in te komen, voor oma gewoon mission impossible.
Na een korte blik naar elkaar wisten we genoeg: dit wordt hem niet. We schakelden meteen en kregen de boeking gelukkig aangepast. Van vijf nachten terug naar één, zonder extra kosten. De al betaalde nachten zouden we terugkrijgen. Crisis afgewend. Tijd voor lunch!
We schoven aan bij Herb Library, een heerlijk relaxed tentje met topservice van Ira, onze serveerster. Het eten was fantastisch. Behalve voor Thom, die na een half bord al afhaakte. Raar, want normaal is hij degene die als eerste z’n vork in het laatste stukje van jouw bord prikt.
Na de lunch gingen oma en Helma naar de nagelstudio voor een pedicure en manicure – inclusief het hele “ik voel me herboren”-ritueel. De rest van ons ging de stad in. Wat blijft Ubud toch een leuk plekje. Kleine straatjes, verborgen cafeetjes, en overal gezelligheid. Het is het soort plek waar je struikelt over de charme. Thom struikelde ondertussen vooral over z’n eigen maag. Hij voelde zich steeds slechter en besloot dat terug gaan naar het huisje de beste oplossing was.
Wij lieten ons niet kisten en sloten de middag af met een Balinese massage. Voor zes euro per persoon – zes euro! – kregen we een uur lang een stevige, maar o zo fijne massage die je spieren weer op één lijn zet met je ziel. Balinese massages combineren lange, vloeiende bewegingen met druk op de juiste plekken. Ik denk dat je spieren niet eens wisten dat ze vastzaten totdat ze werden losgemaakt. Daan blafte af en toe als een zeehond, wat toch gek was op zo een tropische locatie.
Thom daarentegen zat allesbehalve los. Terug in het huisje troffen we hem zwaar beroerd aan. Bali Belly, dachten we. Voor wie niet bekend is met deze tropische verrassing: het is een soort Russische roulette met Balinees eten en water. Helaas voor Thom was hij diegene die de kogel had gevangen. Alles wat erin ging, kwam er net zo hard weer uit – alle kanten op. De details zal ik je besparen, maar laten we zeggen dat hij de rest van de dag geen rondje Ubud meer heeft gelopen.
Wij besloten om Thom in bed achter te laten (met een fles water en wat paracetamol als troost) en nog even wat te gaan eten. We gingen naar het gezellige straatje dat we eerder hadden ontdekt. Het werd een knusse avond met kleine hapjes en lekkere drankjes. Eten hoefde niet echt meer na die uitgebreide lunch, maar we maakten er een gezellige avond van. Er werd gelachen, gekletst en natuurlijk even geproost op de villa die morgen op ons wacht.
Voordat we teruggingen, stopten we nog bij de apotheek. ORS om Thom te redden van totale uitdroging? Uitverkocht. Een paar flessen water? Check. Zo moet die de nacht maar doorkomen en uitdrogen doe je gelukkig niet in 1 nacht.
Terug in het huisje was Thom nog steeds een hoopje ellende. Onze diagnose leek te kloppen: Bali Belly op volle kracht. Niks bleef binnen. De medewerker van de homestay die onder het raam van zijn toilet een bureautje had, kon goed mee genieten van al zijn oorlogskreten en spetterende geluiden. Wat een ellende allemaal zo.
Wij hopen maar dat hij tegen de morgen genoeg is opgeknapt om mee te verhuizen naar de nieuwe villa. Want laten we eerlijk zijn: na deze homestay-flop verdienen we allemaal wat luxe.
Daan & Jeroen
Reacties
Een reactie posten